Lichaam en Geest van Christus

Na God doet recht een nieuw deel in de serie ‘Over God spreken’, systematische theologie van de spraakmakende theoloog Van de Beek. De kerk is de plek waar God op aarde is. De gemeenschap van de gelovigen is het lichaam van Christus in Wie we God kennen, en daar woont zijn Geest.

Tegen de tendens in de hedendaagse theologie in wordt de goddelijke Geest in dit boek strikt verbonden met de kerk. Daardoor krijgen de klassieke kenmerken van de kerk hun volle gewicht: de kerk is één, heilig, katholiek en apostolisch. Daarvoor behoort zij dan ook te staan en haar samenkomen in de viering moet dat tot uitdrukking brengen. We geloven in de kerk: onze ziel en zaligheid hangt ervan af.

Dr. A. van de Beek is hoogleraar theologie aan de Vrije Universiteit in Amsterdam en aan de Universiteit van Stellenbosch, Zuid-Afrika en auteur van vele theologische boeken. In 2008 verscheen God doet recht. Eschatologie als christologie, onderdeel van zijn grote theologische project Over God spreken.

Geloven in de kerk
Postacademische cursus Areopagus / PThU naar aanleiding van het nieuwe boek van Bram van de Beek over de kerk: 'Lichaam en Geest van Christus'. Op 17 september 2012, alleen toegankelijk voor predikanten. Klik hier voor alle informatie

Recensie IZB-Ark

De kerk als bruid van Christus

Lichaam en Geest van Christus. De theologie van de kerk en de Heilige Geest door A. van de Beek is een indrukwekkend betoog over de betekenis van de kerk als lichaam van Christus waarin Hij met Zijn Geest wil wonen.

Het wezen van de kerk – die ons naar schrijvers woorden altijd verschijnt in de gestalte van het kruis – is gelegen in haar eenheid, heiligheid, katholiciteit en apostoliciteit, maar helaas is de werkelijkheid hieraan tegengesteld, waarbij vooral de diepe verdeeldheid verschrikkelijk is: ‘Die is een ontkenning van de eenheid van God; die is een ontkenning van de eenheid van Christus, want die is een ontkenning van de godheid van de Geest, wiens eenheid als de eenheid met de Vader en de Zoon gestalte krijgt in de éne kerk’.

Vóór alles is het nodig de kerk bij Christus te bewaren en hiertoe is haar de autoriteit van ambt, Schrift en credo gegeven, instrumenten om het getuigenis over Jezus betrouwbaar vast te houden en met gezag en zekerheid over Hem te spreken. Zonder deze gezagsvolle autoriteit kan er geen kerk zijn en is het spreken over Christus inhoudsloos.

Na deze uiteenzetting over het wezen van de kerk en haar bewaring bij Christus volgt het deel over de Heilige Geest waarin de auteur – tegen de huidige neiging in om de Geest los te maken van de Zoon – een pleidooi voert voor de onlosmakelijke verbondenheid en eenheid van de Heilige Geest en de Zoon. De Geest is de Geest van Christus.

We mogen ons bijzonder verheugen over deze existentieel geschreven christologische studie.

Lezing hiervan is een verrijking van het geestelijk leven.

O.W. Dubois

September 2012